Leesdossier Brugklas H- H/V

 

 

Thema boek 1: Anders zijn. Klik hier voor een boekenlijst.

Niemand is hetzelfde, iedereen heeft wel iets bijzonders. Soms zijn de verschillen tussen mensen best groot.  Je kunt anders zijn omdat je een handicap hebt of een ziekte. Je kunt uit een andere cultuur komen, een andere godsdienst hebben dan anderen. Je kunt een beetje anders zijn omdat je dyslectisch bent, of omdat je autistisch bent, of……noem maar op.
Kies een jeugdboek dat te maken heeft met dit thema. Het moet een boek zijn dat op B-C niveau is, voor jouw leeftijd (12+). Je moet kunnen uitleggen waarom je voor dit boek gekozen hebt en waarom het volgens jou past bij het thema. Als je twijfelt, vraag hulp aan je docent of aan de medewerkers van de mediatheek op de HVL of MTL.

 

Thema boek 2: Historische roman.

Kies een jeugdboek dat te maken heeft met dit thema. Het moet een boek zijn dat op B-C niveau is is, voor jouw leeftijd (12+). Je moet kunnen uitleggen waarom je voor dit boek gekozen hebt en waarom het volgens jou past bij het thema. Als je twijfelt, vraag hulp aan je docent of aan de medewerkers van de mediatheek op de HVL of MTL.

 

Thema boek 3: Vrijheid/ Onvrijheid

Kies een jeugdboek dat te maken heeft met dit thema. Het moet een boek zijn dat op B-C niveau is, voor jouw leeftijd (12+). Je moet kunnen uitleggen waarom je voor dit boek gekozen hebt en waarom het volgens jou past bij het thema. Als je twijfelt, vraag hulp aan je docent of aan de medewerkers van de mediatheek op de HVL of MTL.

 

 Kies per boek 3 opdrachten. Je mag elke opdracht maar één keer kiezen.

 

  1  Houd een interview met de hoofdpersoon van het boek. Stel tenminste 10 vragen en bedenk wat de hoofdpersoon zou antwoorden. Je moet wel informatie uit het boek aan de orde laten komen in je interview.  Kijk voor tips op de site van Nederlands bij Schrijfopdrachten: opbouw van een interview.

 

  2  Schrijf een gedicht naar aanleiding van het gelezen boek. Leg het verband tussen jouw gedicht en het verhaal in ongeveer 100 woorden uit.

 

  3  Teken een plattegrond van een belangrijke ruimte in het verhaal. Leg in ongeveer 100 woorden uit waarom deze ruimte belangrijk is en hoe je weet of waarom je denkt dat die ruimte er zo uit moet zien.

 

  4  Ontwerp een nieuwe kaft voor het boek en zorg dat hij past bij de sfeer van het verhaal. Op de voorkant van de kaft komen uiteraard de titel, de naam van de schrijver én de uitgever te staan. Op de achterkant komt een stukje waarin je lezers benieuwd maakt naar het verhaal. (Uiteraard bedenk je dit stukje zelf!)

 

  5  Maak een reclamefolder voor het boek. Een folder is altijd een gevouwen blad. Werk dus met verschillende kolommen. Vermeld in ieder geval titel / schrijver / uitgever / prijs / waar het boek te verkrijgen is en schrijf een kort stukje over het boek en over de schrijver (elk ongeveer 50 woorden en uiteraard zelf bedacht)

 

  6  Kies een stuk van ongeveer 250 woorden uit het boek en herschrijf dit stuk van het verhaal zodat het in een ander land met een volstrekt andere cultuur speelt. Pas namen en uiterlijkheden aan.

     

  7  Kies een stuk van ongeveer 250 woorden uit het boek en herschrijf dit stuk van het verhaal in een andere stijl. Bijvoorbeeld: romantisch, ironisch, platvloers.

     

  8  Kies een stuk van ongeveer 250 woorden uit het boek en herschrijf dit stuk van het verhaal alsof het in een hele andere tijd speelt (bijvoorbeeld in de oorlog, in de 19e eeuw of in de Middeleeuwen). Pas ook het taalgebruik aan.

 

  9  Bedenk vijf andere titels voor het boek en licht ze duidelijk toe (minimaal 50 woorden toelichting per titel).

 

10  Stel je voor dat jij de schrijver bent. Leg in minimaal 150 woorden uit aan welke passage je met het meeste plezier gewerkt hebt en waarom?

 

11  Zoek drie gedichten die bij het verhaal passen. Kopieer deze en plak ze in je dossier of schrijf ze over. Per gedicht leg je in minimaal 50 woorden uit waarom je het gekozen hebt.
 

 

 

Inleveren boekverslag

 

- Lever je werkstukje in een snelhechter in. 

  Op de kaft vermeld je natuurlijk de naam van schrijver en titel van het boek en tevens een bijpassende illustratie.
  Rechts onderin de naam van je docent Nederlands en jouw naam en klas.

- Op blz. 2
schrijf je waarom je voor dit boek gekozen hebt

  Op blz. 3  een korte samenvatting (in eigen woorden!) van een halve pagina van het verhaal
  Op blz. 4  kort wat informatie over de auteur van het boek
.
 
- Vervolgens kies je drie opdrachten uit bovenstaande lijst. Vermeld duidelijk welke opdrachten je hebt gekozen. (kopieer en plak ) Zet elke opdracht op een aparte pagina.
 

- In het slotwoord beschrijf je in een halve pagina jouw ervaringen met dit boek.
 
- Je levert de opdrachten getypt in op Arial, lettergrootte 12.

 
- Je kunt het verslag altijd eerder inleveren dan op de afgesproken dag. Bij het te laat inleveren van het boekverslag is het maximale cijfer een 5.